Dit stuk verscheen in het VBK Magazine van mei 2014.
Karpervissend Vlaanderen en bij uitbreiding al wie onze favoriete zevenvinner in het hart draagt mocht zich de afgelopen maanden weer hoogzwanger noemen. In blijde verwachting van een heel aantal nieuwe SKP’s. “Zeg, Mark, er wordt toch niet overdreven hè? We zetten heden ten dagen toch niet uit om uit te zetten mag ik hopen?” hoor ik sommigen onder jullie denken. Mijn antwoord daarop is kort en krachtig: ab-so-luut niet! De insteek van SKP’s is nog steeds wat ie zoveel jaren geleden ook al was. Wij streven als VBK er naar om, in samenspraak met de diverse provinciale visserijcommissies en hun respectievelijke biologen, te bouwen aan evenwichtige en gevarieerde karperbestanden op alle openbare waters in Vlaanderen. Bouwen en onderhouden is eigenlijk een betere uitdrukking. Want visstandbeheer is een werk van lange adem: het vergt voorkennis, een resultaatgerichte en evenwichtige langetermijnvisie én de nodige opvolging en monitoring. Tijdens dit lange, in het beste geval altijddurende proces, moet er ruimte zijn voor aanpassingen en bijsturingen. Het is immers verre van een exacte wetenschap. “In het woord ‘beheren’ zit ook het woord ‘eren’,” zou ene Lydia Protut zeggen. (Voor zij die de serie ‘Het Eiland’ niet hebben gezien: deze dvd-box is elke eurocent waard! ? ) En bij visstandbeheer moet je vooral ook eerbied hebben voor het gehele visbestand! Niet bruusk, niet ondoordacht, maar met tact en veel zorg het evenwicht bewaren. Moeilijk, maar oh zo interessant en het schenkt je bovendien veel voldoening. De wijzer slaat door? Helemaal niet!
Van sommige karpervissers hoor je wel ‘ns lichte kritiek op het uitzetten van spiegelkarpers. Niet omdat ze resoluut tegen uitzettingen zijn, wel omdat ze zich zorgen maken over de toekomst van de schubkarper in onze waters. Die ongerustheid is nobel, doch onnodig. Het is nog nooit de bedoeling geweest van een spiegelkarperproject om een populatie zo ingrijpend te veranderen dat er alleen nog maar spiegels en af en toe en enkele, achtergebleven schubkarpers het water doorkruisen. Nog nooit! Een karperbestand behoort te bestaan uit (of beter gezegd: ‘zou in een voor ons, vissers, ideale situatie bestaan uit’) een allegaartje van spiegels en schubs, elk met hun eigen kenmerken. Wat is er mooier dan een mengelmoes van slanke schubs met sierlijke borsten staartvinnen, geblokte spiegels met een enkele grote schub, hun weelderig beschubde varianten met een totaal verschillende lichaamsbouw, schubkarpers met een mooi knikje achter de kop en een gespierde body, en af en toe een rijtje of volschub? Een SKP heeft vooral als doel de diversiteit van een visbestand te vergroten dat overwegend uit schubkarper bestaat. Het wetenschappelijke luik w.b. opvolging van groei, migratie, e.d. is door het makkelijker kunnen herkennen van spiegels een meer dan leuke extra invulling van zo’n SKP. Als een populatie in evenwicht is, dan is het vanzelfsprekend dat bij (kleinere) onderhoudsuitzettingen zowel schubkarper als spiegels worden gestockeerd.
Vlaams Brabant: SKP Zeekanaal
Tom Cochet, onze man in Vlaams Brabant, verraste ons medio september met een deugddoende e-mail. De PVC had een dag eerder een SKP voor het Zeekanaal goedgekeurd. Meteen het tweede SKP (na het SKP Leuvense Vaart) in deze provincie en een prachtig resultaat van de goede samenwerking drijvende krachten Tom Cochet en Yves Ghijsels, de locals Steven Suys, Ronny Janssens en Jo Verbeke, die stipt hengelvangsten noteerden en ook hun collega hengelaars warm maakten voor dit project, visserijbioloog Chris van Liefferinge en last but not least Maarten Roegiers, die de opmaak van het dossier tot in de puntjes verzorgde.
Er zal gedurende 3 jaar, startende in het najaar van 2014, 170 kg spiegelkarper uitgezet worden op het stuk Molenbeek – Zemst, waarop ook de Darse (de arm in Vilvoorde) aansluit. Binnen een aantal jaren zal er op deze ruim 100 hectare water wat meer te vangen zijn dan kleine en amper groeiende schubjes. Daar lag ook net de kiem voor de aanvraag van dit project. Maarten Roegiers maakte een erg rake analyse van de huidige situatie w.b. de karperpopulatie van het Zeekanaal. Het volgende stukje tekst is van zijn hand en komt letterlijk uit de aanvraag voor de uitzetting. (Deze informatie stond al in VBK-Magazine 69, maar is cruciaal om de insteek van dit SKP te schetsen. Vandaar de herhaling ervan in dit magazine.) Spiegelkarpers komen haast niet voor op het Zeekanaal. Verschillende hengelaars hebben ondanks méér dan 100 hengeluren nog nooit een spiegelkarper in dit kanaal gevangen. Schubkarpers zitten er wel veel. Al was 2012 duidelijk een moeilijker jaar om een schubkarper te netten. De cijfers van 2012 zijn wat vertekend door de extra 200 uren van de jonge hengelaartjes van het grote VBK- hengelsportkamp, maar met aftrek van deze uren, zien we nog altijd een duidelijke daling van de karpervangsten en daaraan gekoppeld een hoger aantal uren dat gevist moet worden om een karper te vangen. Het merendeel van de gevangen karpers is klein en wordt meestal in het water teruggezet zonder opmeting, weging of foto. Vandaar dat er geen exacte gegevens over de karpergewichten of – lengtes zijn opgenomen in de statistieken. Op basis van de gegevens van enkele vissers die wel elke vangst wegen zien we een gemiddeld gewicht van net boven de 4 kg, wat erg laag is voor dit type water en een gewicht dat we eerder in een ondiepe polder zouden verwachten. Door de jaren heen schommelt dit gewicht lichtjes, maar er zit amper een stijging in.
Het kanaal telt duidelijk één (of enkele) jaarklassen van schubkarpertjes van dezelfde grootte die zéér frequent voorkomen en ervoor zorgden dat het niet moeilijk is (was) om per visdag enkele karpers te vangen. Vermoedelijk heeft de combinatie van de vroegere warmwaterlozingen en het ontbreken van predatoren zoals snoekbaars en aalscholver ervoor gezorgd hebben dat in de jaren dat de waterkwaliteit pas visleven toeliet, de karpers, die eerder lage eisen stellen aan hun milieu, een paar keer zeer succesvol konden paaien. Nu de warmwaterlozingen strenger gereglementeerd zijn en het kanaal een goed bestand aan snoekbaarzen telt, zal er nog zelden succesvol gepaaid worden en zal het weinige karperbroed het veel moeilijker hebben om te overleven. De ooit succesvolle reproductie lijkt gestopt. De vangsten van deze kleine schubkarpers lopen dan ook duidelijk terug. Het is opvallend dat de schubkarpertjes amper groeien en van het gedrongen type zijn. De meeste van deze vissen zijn duidelijk erg oud, maar wegen amper 3 kg terwijl er toch voldoende voedsel aanwezig blijkt te zijn om een karper groot te laten worden op het kanaal. Dit blijkt uit vangsten van enkele vissen van boven de 15 kg. Dit zijn karpers die duidelijk een ander genetisch profiel hebben.
SKP Schelde
Meer mijlpalen in deze ‘Projectontwikkelingen’! Vorig jaar werd de Schelde zwaar getroffen door een ernstige vervuiling, die een massale vissterfte ten gevolge had (zie VBK-Magazine 67). Ook de door ons zo gekoesterde karpers ontsprongen de dans niet en het geloosde gif hakte flink in op het in opmars verkerende karperleven… Na een grondige opmeting van de uiteindelijke schade kwam er het voorstel van biologen Alain Dillen en Alain Moerman om tot een uitzonderlijke herbepoting over te gaan die over 3 op elkaar volgende jaren zal lopen. Binnen dit herbepotingsplan staat er 100 kg spiegelkarper op de planning per jaar. Goed nieuws dus! Meer info over dit in de steigers staande project lezen jullie vast en zeker in een volgend nummer, wanneer het een en ander meer concretere vormen heeft aangenomen.
SKP Albertkanaal Antwerpen
Ook in de Antwerpse PVC komt regelmatig het uitzetten van karper ter sprake. Het gros van de tijd herbepoot deze commissie de openbare waters die hun provincie rijk is met karpers die worden gevangen tijdens afvissingen van het ANB zelf. Dat is echter niet altijd het geval. Afgelopen najaar werd er bijvoorbeeld een uitzetting van kweekkarper gedaan op het Albertkanaal, waarvan de hoofdmoot spiegels waren maar met ook schubs in de rangen. Zowel in Geel-Stelen als Meerhout gingen 50 kg karpertjes van elk 1 à 2 kg te water. Na een gesprek van Lily Moonen met Afdeling Kempen-man Kristof Van Aert werd er een samenwerking met lokale vissers op poten gezet om de nieuwe visjes te fotograferen bij uitzetting. Op die manier werd ook in Antwerpen een SKP met volledige monitoring boven het doopvont gehouden!
Is er nog meer nieuws?
Jazeker! Hoewel we in Limburg reeds een lange geschiedenis van karperuitzettingen achter de rug hebben, is er slechts 1 SKP met monitoring van de uitgezette specimen. Het belangrijkste echter is dat de karperpopulaties door onze bioloog Bart Denayer wel degelijk met zorg en kunde in stand worden gehouden. Dit blijkt onder andere uit de vangstmeldingen van Peter Stiers. Hij slaagt er met de regelmaat van de klok in om jonge spiegels te verschalken op het Limburgse Albertkanaal. Afgelopen voorjaar belandden er enkele foto’s in m’n mailbox van spiegels die zonder twijfel een jaar voordien werden uitgezet als K2’tjes. Dat het AK een biotoop is om reuzen voort te brengen weten we al enkele decennia. Ook Alain Vandebeeck vangt met regelmaat jonge spiegels op de Zuid-Willemsvaart, en ook hier is de link met de uitgezette rassen spiegelkarpers snel gelegd. Ik ben er met dit soort berichten zeker van dat ook op deze waterwegen de toekomst opnieuw heel wat rozer gekleurd is dan een aantal
jaren geleden. Ook dit is goed beheer, met eerbied voor het verleden en zorg voor de toekomst!
Terugmeldgame 2013, de laatste feiten!
Het zat er al even aan te komen: Marino De Paepe is de terechte eindoverwinaar van de terugmeldgame 2013 geworden. In het klassement heeft hij een knappe voorsprong op Thomas. Het was Thomas die afgelopen zomer Marino het vuur aardig aan de schenen kon leggen. Tot twee keer toe keek Marino zelfs tegen een kleine achterstand aan. Gelukkig gaat Thomas straks niet met lege handen naar huis! Het toeval wil dat Marino in augustus 2013 periodewinnaar werd (zie VBK-mag nr. 71, pag 6), en meteen zo’n knappe onthaakmat van JRC in de wacht kon slepen. Het intern reglement zegt dat je maar één prijs per seizoen kan binnenhalen. De JRC onthaakmat gaat bijgevolg naar nummer 2 uit de eindklassering, Thomas dus. De terugmeldgame bestaat ondertussen al heel wat jaren, en we kunnen besluiten dat zowat alle fervente terugmelders een keer in de prijzen zijn gevallen. We denken (hopen) dat ons doel ruimschoots bereikt is: het terugmelden van projectspiegels zou een automatische moeten zijn. Voor 2014 gooien we het spelletje over een nieuwe boeg! De karpervisser die dé migrant van 2014 weet terug te melden (dus de projectspiegel die het verst van zijn of haar uitzetplek gevangen wordt), wordt aan het einde van dit jaar beloond met een prachtige prijs. Wat die prijs precies wordt, dat laten we nog even in het midden…
Mark Hoedemakers